Master strafrechtelijk bewijs
Leer redeneren met bewijs: van individuele bewijsmiddelen tot bewijsbeslissing
Tijdens deze cursus zal je alles leren over het redeneren met bewijs. De selectie en de waardering van bewijs in concrete strafzaken vormen het hoofdthema. Je zult je verdiepen in de overgang van de waardering van individuele bewijsmiddelen naar het nemen van een beslissing. We besteden daarnaast ook aandacht aan het Bayesiaans denkraam en het redeneren met behulp van alternatieve scenario’s. Je wisselt ook kennis uit met ervaren vakgenoten en sprekers over dit thema, aan de hand van concrete casuïstiek en stellingen. Daarbij bediscussieer je wat de rol van het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak is, dan wel zou moeten zijn, bij het selecteren en het waarderen van bewijs in een strafzaak en reflecteer je op wat jij in de praktijk doet.
Doel
Na het volgen van deze cursus heb je meer inzicht in de valkuilen bij het redeneren met bewijs en verkrijg je handvatten om de bewijsbeslissing op rationele wijze vorm te geven. Het doel van de cursus is vooral om met elkaar in gesprek te gaan over het proces van beslissen, de vraag hoe het recht daaraan kan bijdragen en te bezien waar winst te halen valt voor de kwaliteit van de bewijsbeslissing. Je wordt daarbij uitdrukkelijk gevraagd te reflecteren over jouw eigen ervaring.
Doelgroep
Deze cursus is in het bijzonder interessant voor juristen die al enige tijd binnen het strafrecht werkzaam zijn.
Inhoud
Tijdens deze master streven we naar het verbinden van het bewijsrecht en de waardering en selectie van bewijs en inzichten uit andere disciplines, zoals de rechtspsychologie en de statistiek.
In het ochtenddeel zal je na een inleiding over de aard van de bewijsbeslissing en de ontwikkelingen op dit gebied, nader reflecteren over bewijstheorieën. Aan de hand van Bayes (het Bayesiaanse denkraam) en het denken in scenario’s, zullen andere theoretische visies op het bewijsrecht worden behandeld. We bespreken vooral de theorieën in relatie tot het recht; het is dus niet een gedetailleerde uiteenzetting van de inhoud daarvan.
In het middagdeel bespreek je met de groep een aantal veel voorkomende redeneerfouten en een tweetal zaken. Je ontvangt deze casussen voorafgaand de cursus en we verwachten dat je ze bestudeerd hebt. Daarna neem je een aantal thema’s door die relevant zijn voor het redeneren met bewijs. Daarbij valt onder meer de rol van de rechterlijke overtuiging, de functie van de bewijsminima en de omgang met alternatieve scenario’s.
Tijdens de dag word je ook op de hoogte gesteld van de plannen van de (ontwerp)wetgever aangaande de inrichting van de bewijsregeling in het kader van de modernisering van het Wetboek van Strafvordering.
In de cursus wordt niet zozeer ingegaan op de problemen die spelen bij de waardering van individuele bewijsmiddelen (zoals de betrouwbaarheid van getuigenverklaringen of bepaalde soorten technisch bewijs). Het accent ligt op het redeneren met bewijs: hoe moet bewijsmateriaal (in zijn algemeenheid) worden gewogen en in onderling verband worden bezien om tot een beslissing te komen? Je krijgt voldoende ruimte om valkuilen en problemen die je in de praktijk tegenkomt te bespreken binnen de groep.
Deze cursus bestaat uit een deel voorbereiding via MIJN SSR (0,5 dag) en een bijeenkomst (1 dag).
Voorkennis
Je moet over een grondige kennis van het bewijsrecht beschikken. De bewijsregels, zoals die uit wet en jurisprudentie voortvloeien, zullen we om die reden niet afzonderlijk bespreken.
Deze master vormt het sluitstuk van de leerlijn strafrechtelijk bewijs en is hiermee het vervolg op:
- Strafrechtelijk bewijs (SRRSSTBW)
- Strafrechtelijk bewijs II (SRRMVSBW)
Je moet de materie, die in deze twee cursussen aan bod komt, goed kennen om deze cursus te kunnen volgen.
Uitvoeringen
Kosten:
Voor leden ZM (2025): € 155,00
Voor leden OM (2025): € 200,00