Beoordeling – SSR

Uitgangspunten voor het beoordelingssysteem binnen de Rio-opleiding zijn de eigen verantwoordelijkheid en het bevorderen van een stimulerend leerklimaat. Om te bepalen of een Rio zelfstandig als beginnend rechter kan functioneren, is op basis van de eindtermen een serie beoordelingscriteria binnen een vijftal thema’s met competenties benoemd. De eindtermen dienen als maatstaf bij de beoordeling van de Rio. In de Taakomschrijving is omschreven wat een Rio moet kunnen om op een bepaald (tussen)niveau te komen.

De Rio wordt tijdens de opleiding beoordeeld op zijn voortgang. De taakomschrijving en de daarbij behorende competenties vormen hierbij de basis. Tijdens de eindbeoordeling zal moeten blijken dat hij zowel wat betreft resultaten als wat betreft gedrag en vaardigheden het niveau van beginnend rechter of raadsheer heeft bereikt. De beoordeling is gescheiden van het opleiden om een open leerklimaat op de werkvloer te bevorderen. Een landelijke beoordelingscommissie beoordeelt op basis van een door de Rio zelf samengesteld portfolio en een gesprek met de Rio. De praktijkopleider richt zich primair op zijn coachende rol bij de ontwikkeling van de Rio.

De samenstelling van de beoordelingscommissie is van verschillende factoren afhankelijk. Er zit in ieder geval minstens één lid in die ervaring heeft in het rechtsgebied waarin de Rio wordt opgeleid. Een commissie van drie leden bekijkt het portfolio van de Rio. Het beoordelingsgesprek vindt plaats met één of drie leden, ondersteund door een beoordelingsadviseur.

Portfolio

Het portfolio is de persoonlijke digitale etalage binnen MIJN SSR. De Rio toont hierin stukken waarmee hij laat zien over welke vaardigheden en competenties hij beschikt. De praktijkopleiders, de kernopleider en de beoordelingscommissie hebben inzicht in het portfolio en kunnen zo de ontwikkeling van de Rio volgen. De Rio is zelf verantwoordelijk voor het vullen van het portfolio. Aan de praktijkopleiders van het beoordelingstijdvak en aan de kernopleider wordt elk een akkoord gevraagd op de samenstelling van het portfolio. Dit om een representatief beeld van de Rio voor de beoordelingscommissie te waarborgen.

Advies beoordelingscommissie

Het oordeel van de beoordelingscommissie is formeel een advies voor het gerechtsbestuur. Een ‘voldoende’ leidt in beginsel tot voortzetting van de opleiding of – in het geval van een eindbeoordeling – tot een voordracht tot benoeming tot rechter of raadsheer. Een onvoldoende leidt in beginsel tot beëindiging van de opleiding of tot het niet voordragen voor een benoeming. Het bestuur kan gemotiveerd afwijken van het advies van de beoordelingscommissie. De Rio heeft de mogelijkheid van bezwaar en beroep tegen het besluit.

Beoordelingsmomenten

De Rio-opleiding is gericht op een doorgaande ontwikkeling van competenties. Per leerwerkomgeving ligt een nadruk op bepaalde competenties. Pas na de gehele opleiding zal de Rio aan de eindtermen hoeven te voldoen en dus kan dan pas de beoordeling volledig worden gedaan. Het aantal tussentijdse beoordelingen is daarom ook beperkt. De eerste beoordeling vindt plaats omstreeks twaalf maanden na de start van de (voorfase van) de opleiding, tenzij de opleiding achttien maanden of korter duurt. In dat geval zal de eerste tussentijdse beoordeling omstreeks negen maanden na de start van de (voorfase van) de opleiding plaatsvinden. Daarna volgt in principe een eindbeoordeling aan het einde van de opleiding. Wanneer de opleiding langer dan drie jaar duurt, wordt nog een tussentijdse beoordeling ingepland. Ook kan de beoordelingscommissie het gerechtsbestuur adviseren om een extra beoordelingsmoment in te plannen en kan de Rio zelf een extra beoordeling aanvragen.

Beoordelingsreglement

Bekijk het beoordelingsreglement

Bekijk de toelichting op het beoordelingsreglement

Nadere informatie

Leerdoelen / beoordelingscriteria

Competenties en niveaubeschrijvingen

Taakomschrijving